top of page
Lentezoet

Rust


“Het is zó stil en ruim hier…”


Ik keek om me heen, naar het Loonse duinlandschap, de hei in de verte en de zon die laag en goudkleurig door de lichte sluierbewolking scheen. Een diffuus licht verspreidde zich over het losse, witte zand en ik dacht na over de opmerking van mijn dochter.


-Ik heb je lief, ik heb je zo lief. Je bent zo kloppend, de natuur is zo kloppend, waarom kan het niet altijd zo zijn, waarom kan de héle wereld niet zo zijn?- 


“Ja, dat is zo,” zei ik. Het ís stil en ruim.” 

“Iedere keer als ik hier ben, val ik bijna flauw,” zei ze en ze keek me vragend aan. 

“Dat komt omdat het veel moois is,” antwoordde ik. “En als iets veel is, stijgt het soms naar je hoofd”.


We liepen terug, door het rulle zand naar de bosrand, maar haar woorden lieten me niet los, omdat ik hetzelfde had gevoeld.


Het lijkt een beetje op omgekeerde hoogtevrees. Dat gevoel, dat je kan overvallen, wanneer je onder een hoog gebouw staat en de top wilt zien en dus je hoofd ver naar achter gooit. Soms volgt er dan een golf van duizeligheid, waardoor we wegkijken en het juist níet meer kunnen overzien. Dat gevoel is het, maar dan met vlaktes, donkere ruimtes, grote stiltes en bijzonder mooie dingen, zoals de natuur, of een kind. Dat mooie kind, dat ooit met een lichtflits van fluorescerende moleculen in mijn buik ontstond en veertien jaar later naast mij staat en net zo overspoeld wordt, als ik.


Wie met aandacht kijkt, ziet meer, zeggen ze. Maar eigenlijk klopt dat niet. Wie met aandacht kijkt, vóélt meer.


En soms gaat dat gevoel gepaard met vrees. Dan krijg je zoiets als pleinvrees, of claustrofobie en zelf heb ik soms last van hoogtevrees. Dan kijk ik per ongeluk met aandacht in een afgrond, maar dat kan ik dan beter niet doen, want dan word ik duizelig en naast een ravijn van zeshonderd meter diep, is dat gewoon niet zo handig. Maar wat als je dezelfde ervaring kunt voelen, zónder angst? Wat als je kijkt met zoveel aandacht, dat je voelt dat je duizelig wordt, maar níet wegkijkt? 


Dan is het ergens wel fijn… dan voelt het als een golf die je overspoelt, maar ook een beetje optilt en dan weer zachtjes neerzet. Als je dát soort golven laat komen, ebben ze vanzelf weer weg en wat dan achterblijft, is rust.


Misschien ontstaat die rust, omdat je in die vlaktes, in de hoogtes, in de donkerte, in de stilte, in de natuur, in het licht, in bijzonder mooie dingen en vooral in je kind, gewoon de grootsheid ervaart. De grootsheid van dat wat het leven eigenlijk is: iets waar we maar beperkt invloed op uit kunnen oefenen.


En dan kan ik het loslaten… Oók dat kind, of misschien juist dat kind, dat zó verweven lijkt te zijn, met iedere vezel van mijn eigen lijf.


Dat lijkt soms onnatuurlijk en toch… op het moment dat de golf me optilt en ik een beetje duizelig word en daarna weer op mijn voeten beland, voelt het ineens zó logisch.


Wie met aandacht kijkt, voelt meer en als je daar niet angstig van wordt, is het een cadeau. Een cadeau dat mijn dochter nog niet ten volle begrijpt en dat ik zelf ook nog niet ten volle begrijp, maar de rust, die de golf brengt, voelt zó stil, ruim en vrij!


Nog één keer keek ik achterom, naar het lichte zand, de horizon die over leek te gaan in de hei en de paar eenzame bomen, die eigenwijs stand hielden in het droge landschap.


Wie met aandacht kijkt, voelt meer.


-Vóél je het al, lieve dochter? Wat dat voor jou kan betekenen?


Ja mama…. JA!… Het is zó stil en ruim hier…-




Kommentare


bottom of page